Een christen is sterk wanneer hij zwak is, en zwak wanneer hij sterk is. Hij heeft het meest wanneer hij alles weggeeft, en het minst wanneer hij alles bezit. Zelfs in tijden van verdriet en tegenspoed heeft een christen reden om zich te verheugen.
Het geestelijke leven van een christen wordt gekenmerkt door schijnbare tegenstellingen. Zo kan hij zich overweldigd en nietig voelen in Gods nabijheid – en toch is er geen plek waar hij liever zou zijn. In Leven met God gaat A.W. Tozer in op dergelijke paradoxen. In ruim veertig overdenkingen behandelt hij de basis van het geloofsleven.
Tozers toon is indringend: een oppervlakkig christenleven is geen optie. Met zijn beknopte, directe stijl voert hij de lezer mee langs de hoogten en de diepten van het christelijke leven. Er is reden voor pessimisme als we zien op onze eigen beperkingen, maar voor oneindig optimisme als we zien op Christus.